Lopen is essentieel ook voor kinderen met een cerebrale parese. Soms wordt duidelijk dat het lopen niet ongestoord gaat. Klinische observatie van het lopen verdient dan meer aandacht voor het opstellen van een goed behandelplan of voor een doorverwijzing voor een instrumentele loopanalyse in de revalidatie. Bij doorverwijzing is een gerichte vraag belangrijk om de uitslag van het onderzoek uiteindelijk nuttig te laten zijn voor het uiteindelijke behandeladvies.
Doelgroep
Fysiotherapeuten/orthopedisch instrumentmakers/schoenmakers/artsen
Doel
Vergroten van vaardigheden op het gebied van:
- het beoordelen van het looppatroon bij kinderen
- het oefenen van het lopen bij kinderen met looppatronen
- het rapporteren van loopproblemen en opstellen van vragen voor nadere loopanalyse in de revalidatie
Data
twee middagen in voorjaar 2016
of
twee middagen in september 2016
Accreditatiepunten
Accreditatie wordt aangevraagd.
Inhoud en werkwijze
In deze cursus werk je met casuïstiek uit jouw dagelijkse praktijk of die van andere deelnemers. Je leert hoe je je theoretische kennis van het looppatroon en mogelijke loopproblemen kunt toepassen in jouw werksituatie. Je oefent met het gebruik van terminologie die hierbij gebruikelijk is. En je leert hoe je vragen voor de revalidatie goed kunt formuleren als je nadere diagnostiek en evt. revalidatiebehandeling wilt inzetten.
Toetsing
Observatieverslag, behandelplan en overdrachtsverslag
Duur
2 cursusdagdelen (6 SBU)
Eindopdracht: 2 uur (2 SBU)
Docent
Myrthe Schwartz MSc., fysiotherapeut en bewegingswetenschapper
Ilse Oostrom, fysiotherapeut
Kosten
€ 380,- incl. materiaal, koffie/thee.
Materiaal/literatuur
Voorafgaand en tijdens de module krijg je schriftelijke informatie.
